In animatie- en grafische software verwijzen lagen naar de verschillende niveaus waarop u uw tekeningen, animaties en objecten plaatst. De lagen worden op elkaar gestapeld. Elke laag bevat zijn eigen afbeeldingen of effecten, waaraan onafhankelijk van de andere lagen kan worden gewerkt en gewijzigd. Samen combineren alle lagen voor een complete afbeelding of animatie. Wanneer u een nieuw bestand in een softwareprogramma opent, ziet u in de meeste gevallen alleen de basislaag van het bestand. Je zou daar al je werk kunnen doen, maar je zou eindigen met een plat gemaakt bestand dat moeilijk te bewerken en mee te werken is. Wanneer u tijdens het werken lagen bovenop de basislaag toevoegt, breidt u de mogelijkheden uit van wat u met de software kunt doen. Een enkele laag in Photoshop kan bijvoorbeeld wel honderd mogelijke instellingen hebben, waarvan de meeste kunnen worden bekeken in combinatie met andere lagen zonder deze daadwerkelijk te wijzigen.
Welke software gebruikt lagen?
Lagen komen veel voor in alle geavanceerde grafische kunst- en animatiesoftwareprogramma’s en ook in gratis open-sourcesoftware zoals GIMP. U vindt lagen in Photoshop, Illustrator en veel van de andere grafische programma’s van Adobe. Ze zijn er in Maya, Animate, Poser en open-source Blender. Het zou moeilijk zijn om een fatsoenlijk animatie- of grafisch ontwerpprogramma te vinden dat geen gelaagdheid biedt.
Voordelen van het gebruik van lagen met animaties en afbeeldingen
De voordelen van gelaagdheid zijn oneindig en zijn afhankelijk van wat u precies probeert te bereiken, maar in het algemeen:
- Door met lagen in animatie te werken, kunt u animatiescènes samenstellen op een manier die niet vereist dat alles perfect in elkaar past in elk frame.
- Lagen geven u meer vrijheid bij het bewerken en bieden u een manier om te voorkomen dat objecten op één laag samensmelten wanneer u ze in andere lagen gescheiden wilt hebben.
- Lagen kunnen worden herschikt, zodat u de volgorde waarin objecten worden weergegeven, kunt wijzigen, waardoor de compositie van uw scène verandert. Wil je die rode bal op de achtergrond vooraan? Gemakkelijk. Verander gewoon de volgorde van de lagen.
- Individuele lagen kunnen tijdelijk worden in- en uitgeschakeld, waardoor operators zich kunnen concentreren op een bepaald onderdeel van een project tegelijk zonder de afleiding van de andere lagen.
- Met lagen kunt u effecten toepassen op afzonderlijke elementen van een enkele afbeelding. Wil je slechts een paar botten van een skelet animeren zonder de rest te beïnvloeden? Doe het met een laag.
- Pas transparantie (of dekking) toe op een afzonderlijk element van een bestand door het op een laag te plaatsen en het effect alleen op die ene laag toe te passen. Je kunt door de onderstaande lagen heen kijken.
- Probeer speciale effecten uit met een aanpassingslaag die een voorbeeld van de effecten van een effect op de onderliggende lagen toont zonder ze te wijzigen.